Alles over sport logo

‘Een pedagogisch sportklimaat is een duurzaam proces, geen project’

De afgelopen jaren is er toenemende aandacht voor het creëren van een pedagogisch verantwoord sportklimaat. Verschillende organisaties, waaronder het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), NOC*NSF en de Nederlandse Sportraad, benadrukken het belang van een sociaal veilige en ontwikkelingsgerichte omgeving voor jonge sporters. Hoe pak je dit aan? We spraken erover met Nicolette Schipper-van Veldhoven, lector Sportpedagogiek.

Een pedagogisch sportklimaat richt zich op de ontwikkeling van kinderen door sport, waarbij plezier en een zorgzame, sociaal veilige omgeving centraal staan. Nicolette Schipper-van Veldhoven, lector Sportpedagogiek aan Hogeschool Windesheim, legt uit: “In dit klimaat staat het kind altijd centraal en is sociale veiligheid de basis. Daarnaast zijn zorgzaamheid, een ontwikkelingsgerichte aanpak en motivatie even belangrijk. Samen creëren ze het beste leerklimaat voor jonge sporters.”

Waarom de aanpak van gedrag verder gaat dan regels implementeren

Iedereen is het erover eens dat grensoverschrijdend gedrag niet normaal is en aangepakt moet worden. VWS heeft hiervoor maatregelen opgesteld. Nicolette: “Een vereniging zegt vervolgens: ‘We hebben een gedragscode, een vertrouwenspersoon en de trainers zijn geschoold. Alles is afgevinkt!’ En het oude gedrag gaat vervolgens gewoon door…” 

Het perspectief van sociale veiligheid moet verder gaan dan alleen het invoeren van regels. Nicolette benadrukt dat dit vraagt om een nieuw normaal, waarbij mensen elkaar aanspreken op gedrag. “Sommige clubs hebben al mensen in een rode jas rondlopen die ongewenst gedrag tijdens wedstrijden aanpakken.” Maar het aanspreken op gedrag vraagt veel van de sociale context en niet elke club staat daarvoor open. “Verenigingsbestuurders spelen daarin een belangrijke rol; zij moeten streven naar een omgeving waarin open communicatie en respect de norm zijn en zij zouden dit actief moeten uitdragen.”

Omdenken van ‘normaal’

Nicolette is geïntrigeerd door de grenzen van tolerantie in de sport. Ze stelt de vraag: ‘Is het normaal dat een kind tijdens een voetbalwedstrijd hard wordt aangesproken door de trainer of wordt uitgescholden door ouders langs de lijn?’ “Als dit met ons eigen kind op school zou gebeuren, grijpen we meteen in. Maar in de sport lijkt een bepaalde mate van tolerantie te zitten en mogen we blijkbaar schelden en schreeuwen…”

Handreiking Versterken van je sportklimaat

De nieuwe handreiking Versterken van je sportklimaat van Kenniscentrum Sport & Bewegen biedt praktische richtlijnen, inzichten en inspiratie om stappen te zetten naar een pedagogisch sportklimaat

Laura Butselaar, specialist Jeugd bij Kenniscentrum Sport & Bewegen, vertelt: “Sociaal veilige sport heeft twee kanten: de veiligheidskant, die gaat over het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag, en de pedagogische kant, die gaat over het stimuleren van plezier en persoonlijke ontwikkeling.” 

De handreiking benadrukt het belang van een pedagogisch sportklimaat als basis voor de sport. “Het sportklimaat is bepalend voor de sfeer op de club; hoe fijner de sfeer, hoe meer de leden, trainers en andere betrokkenen zich thuis voelen en plezier aan sport beleven. Bovendien straalt dit af naar buiten en maakt het de club aantrekkelijk voor nieuwe leden, trainers en mogelijke sponsors.”

Verenigingsbestuurders kunnen de handreiking gebruiken om concrete stappen te zetten richting een veiliger en meer ontwikkelingsgericht sportklimaat. Deze is te vinden op pedagogischsportklimaat.nl

Cultuurverandering is noodzakelijk, maar duurt vaak jaren

“Er is geen meetlat waarmee je ‘eisen aan gedrag’ kunt meten, behalve het bijhouden van incidenten. Daarom moeten we de cultuur veranderen,” stelt Nicolette. Mensen houden vaak vast aan ‘het oude normaal’ omdat het nieuwe onbekend is. “Gelukkig is er een groeiende groep voorlopers die hierin willen investeren.” Nicolette vervolgt: “Ook in het onderwijs zijn voorlopers nodig. Trainersopleidingen hebben vaak geen pedagogiek in hun curriculum en missen kennis over veranderingsprocessen op sportclubs. Als trainer moet je begrijpen welke tegenkracht je kunt verwachten. Sportverenigingen zijn vaak veranderingsresistent en gericht op hun eigen leden en cultuur. Dat maakt interventies van buitenaf lastig; je hebt zowel het clubbestuur als alle betrokkenen in de club keihard nodig.” Het werken aan een pedagogisch sportklimaat is dus geen project, maar een duurzaam veranderproces.

Toepassen van de pedagogische boodschap 

Om het veranderproces te ondersteunen, wordt al veel cursusmateriaal aangeboden, zoals ‘4 inzichten voor trainers’ en ‘Wat is goed governance’. Het is belangrijk dat cursisten deze pedagogische boodschap niet alleen begrijpen, maar ook in de praktijk toepassen, vertelt Nicolette. Verenigingsbestuurders kunnen trainingen en uitwisseling faciliteren, juist om het begrip en de toepassing van pedagogische benaderingen op de club te bevorderen. Nicolette: “Nu zie je dat trainers vooral gefocust zijn op didactische vaardigheden. Om het pedagogische aspect van sport goed te begrijpen, is het waardevol om praktijkgerichte trainingen te gebruiken die de nadruk leggen op het welzijn en de ontwikkeling van sporters. Dat zit bijvoorbeeld in de training ‘Klimaat van aandacht’ en ook een theatertour over positief coachen kan daarbij ondersteunend zijn.”

Verandering wordt gedragen door sterk leiderschap

Nicolette bespeurde al veel voorlopers in de sport: een bestuurder van een club die het roer omgooit en voor het nieuwe beleid kiest. Een trainer die ontwikkelingsgericht denkt vanuit de behoefte van jongeren in plaats van alleen vanuit het sporttechnische. Een ouder die omdenkt en het nieuwe moraal omarmt en sport als derde opvoedklimaat ter sprake brengt bij het bestuur van de club.

Al deze individuen bieden tegenkracht en maken op den duur het verschil. “We zien dat verandering het meest gedragen wordt door sterk leiderschap in een vereniging. Dus tegen bestuurders zeg ik: Neem stelling! Tegen ouders zeg ik: Ga vragen stellen! Tegen nieuwe trainers die werken met dit gedachtegoed en die tegen de ‘oude rotten in het vak’ moeten opboksen, zeg ik: Ga daar met lef staan! Jij brengt het nieuwe en je moet dat wel volhouden, ook al ben je geneigd om je aan te passen aan de oude cultuur.”

Een club die eisen stelt, is bang vrijwilligers te verliezen

In samenwerking met NOC*NSF en het ministerie van VWS hoopt Nicolette specifieke eisen te kunnen stellen aan trainers. Vaak overheerst de angst voor het verlies van de eigen cultuur en vrijwilligers wanneer er eisen worden gesteld aan hen. Nicolette: “Je zult mensen kwijtraken, maar je krijgt er andere mensen voor terug. Clubs die eisen hebben gesteld aan hun vrijwilligers en trainers, zien hun vereniging na een tijdje weer groeien. Kinderen vinden het er leuk en gezellig en ouders vinden het fijn dat hun kind bij zo’n club sport.”

Sociale veiligheid niet slechts een doel maar onderdeel van de clubcultuur

Het streven naar een pedagogisch sportklimaat is geen eenvoudige taak, maar eerder een doorlopend proces van cultuurverandering dat geduld en vastberadenheid vereist. Clubbestuurders spelen een belangrijke rol door een omgeving te creëren waarin respect, begrip en ontwikkeling voorop staan, en waarin sociale veiligheid niet slechts een doel is, maar een onderdeel van de clubcultuur. Door leiderschap te tonen, open te communiceren en trainers en vrijwilligers te ondersteunen, kunnen ze een positieve verandering teweegbrengen. Ook zelfreflectie is hierbij belangrijk. Nicolette benadrukt: “Verschillende partijen zijn essentieel voor het werken aan een pedagogisch sportklimaat, van clubbestuurders en trainers tot coaches, ouders en de sporters zelf. Iedereen speelt een rol in het creëren van een omgeving waarin respect, begrip en ontwikkeling centraal staan. Zo bouwen we samen aan een club waar sport niet alleen een activiteit is, maar ook een platform voor groei, plezier en positieve ontwikkeling.”

Dit artikel is – in gewijzigde vorm – verschenen in het magazine SPORT Bestuur en Management (juli 2024).


Meedoen door sport en bewegen
Jongeren, Kinderen
public, professional
praktijkvoorbeeld
beleidsontwikkelingen, pedagogisch sportklimaat, samenwerken, veilige sportomgeving